Kerkorgel
Het was een éénklaviers instrumentmet zes stemmen en aangehangen pedaal. Lange tijd was een orgeltrapper nodig voor de windvoorziening, want pas in 1918 kwam er elektriciteit in de kerk, echter de eerste jaren alleen voor de verlichting.
In de jaren 1963/1964 is het orgel vergroot met een 2e klavier en zelfstandig pedaal tot de huidige dispositie. Dit is uitgevoerd door de firma Vermeulen in Alkmaar, onder advies van Feike Asma. Naar de geest van die tijd is de tractuur elektro-pneumatisch gemaakt. De voorkas en daarmee het front bleef ongewijzigd. De Sesquialter was oorspronkelijk III sterk, maar het 2’ koor bleek dermate overheersend dat dat op enig moment is afgeplakt.
De dispositie is:
Man. I: Prestant 8’ Holpijp 8’ Octaaf 4’
Fluit 4’ Mixtuur III 2’ Dulciaan 8’
Man. II: Roerfluit 8’ Viola 8’ Open fluit 4’
Sesquialter II: Woudfluit 2’ tremulant
Ped.: Subbas 16’ Gedekt 8’
Koppels I-II, ped-I en ped-II, Automatisch Pedaal
In 2004 is het orgel gerestaureerd door de firma Scheuerman uit Rotterdam. Alle membramen zijn vervangen, de windladen en veel pijpwerk gerepareerd en de elektrische bedrading en de tremulant vernieuwd. De dispositie is ongewijzigd gebleven. Een poging het 2’ koor van de Sesquialter er weer bij te nemen is niet gelukt, dit bleef te sterk.
Bekend geworden organisten uit Sint Pancras, die aan dit orgel begonnen zijn, zijn Jaap Kroonenburg, sinds 1972 organist van de Groote of Nieuwe Kerk van Maassluis, en Wim Madderom, sinds 1989 cantor-organist van de Oude Kerk in Voorburg.
Het pijporgel van de Regenboog
Is in 1960 gebouwd door de firma Pels (Orgelbouwers sinds 1903) voor het kerkelijk centrum “De Bron” te Hoogvliet.
Adviseur bij de bouw van het instrument was de heer Koos Bons.
Het orgel is gebouwd volgens het Mechanisch Sleepladen Systeem.
Bij het overcompleet zijn van het orgel kon de Gereformeerde kerk van Sint Pancras het in 1994 overnemen van genoemd kerkelijk centrum.
Na de aanschaf is de dispositie op ons verzoek (door de firma Pels) op enige punten gewijzigd, om de bruikbaarheid ervan in het kerkgebouw te verhogen.
Hoofdwerk: C – g’’’
1. Prestant 8’
2. Holpijp 8’
3. Octaaf 4’
4. Speelfluit 4’
5a. Octaaf 2’
5b. Mixtuur IV-V
6. Sesquialtera II
7. Dulciaan 16’
Tremulant
Borstwerk : C – g’’’
8. Roerfluit 8’
9. Spitsfluit 4’
10. Quintfluit 3’
11. Prestant 2’
12. Cymbel II
13. Regaal 8’
Tremulant
14. Subbas 16’
15. Gedekt 8’
16. Kromhoorn 4.
Pedaal + Hoofdwerk
Pedaal + Borstwerk
Hoofdwerk + Borstwerk
Dhr. G. van Hal
Mevr. P. Klercq
Dhr. F. Lodder